Onderdeel van beleidsdoel: Vervoersbeleid maken en uitvoeren

Instrumenten & output

operationeel doel

Instrumenten

Tabel Instrumenten - Output

Instrumenten

Output begroot

0utput gerealiseerd

Meetmoment:

Zomernota 2017

2.2.1.01                   Ontwikkelen van mobiliteitsbeleid

- Conform. Het koersdocument is in december door PS vastgesteld.

- GS hebben besloten dat de Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV) wel beperkt geactualiseerd wordt,. Het verkeersbelang zal daar niet gewijzigd in terugkomen (maar wel in de op te stellen Omgevingsverordening).

- Bijdrage Mobiliteit aan Ontwerp Omgevingsvisie loopt door tot en met Ontwerp Omgevingsvisie (2018). Onderzoek naar trends en ontwikkelingen Mobiliteit afgerond

- Provinciaal verkeersbelang: Brief aan PS verzonden dat PRV pas in 2018 gewijzigd zal worden.

Meetmoment:

Zomernota 2017

2.2.1.02                   Verlenen van subsidies

- De subsidies voor kleine infrastructuur zijn in 2017 verleend.

- De subsidies voor het fietsprogramma zijn verschoven naar het 2e kwartaal 2018.

- Nog geen Subsidies voor kleine infrastructuur verleend, verschoven naar 2e kwartaal 2018.

- Subsidies fietsprogramma verleend in 4e kwartaal 2017

Toelichting

De gewijzigde output van de 2 soorten subsidies is bij zomernota verwisseld.

Beslissingen van de Staten over dit instrument:

Programma Kleine infrastructuur 2017

UVR Kleine infrastructuur 2017

Programma Gedragsbeinvloeding 2017

UVR gedrags beinvloeding 2017

Meetmoment:

Zomernota 2017

2.2.1.03                   Opstellen programma's

- Verschoven naar Q1 2018 vanwege het eerst zien te verkrijgen van commitment bij gemeenten.

- Conform.

- Opstellen subsidieregeling Fiets en aan PS voorgelegd in 4e kwartaal 2017
- Uitvoering aan jaarschijf 2017 van programma Beter Benutten vervolg gegeven

Toelichting

Jaarschijf Beter Benutten 2017: Jaarschijf is uitgevoerd onder andere met het opleveren van de (spits)busbaan N235.

Meerjarenoverzicht baten & lasten (x 1.000 euro)

operationeel doel

Meerjarenoverzicht en toelichting

Operationeel doel 2.2.1

Maken en uitvoeren van mobiliteitsbeleid

Lasten

Jaarrekening
2016

Ontwerp begroting 2017

Actuele begroting 2017

Jaarrekening 2017

Bedrag verschil *

%
verschil

Begroting 2018

Apparaatskosten

1.035

512

980

953

27

3

1.056

Directe lasten

2.595

6.348

9.979

7.936

2.042

20

9.225

Kapitaallasten

7.957

7.292

7.514

7.528

-14

-

10.451

Overdrachten

26.624

16.400

21.456

23.235

-1.779

-8

17.434

Subtotaal Lasten

38.210

30.552

39.929

39.652

276

1

38.166

Baten

-17.568

-1.969

-8.785

-10.573

1.788

-20

-2.507

Saldo van baten en lasten

20.642

28.583

31.144

29.079

2.064

7

35.659

Storting reserves

65.503

66.017

99.865

102.335

-2.470

-2

31.592

Onttrekking reserves

-9.512

-22.231

-44.027

-42.193

-1.833

4

-27.109

Resultaat

76.633

72.369

86.982

89.221

-2.239

-3

40.142

*Een positief verschil is voordelig

Toelichting op de Gerealiseerde budgettabel

Directe lasten

De jaarlijkse bijdrage aan de Vervoerregio voor Platform Bereikbaarheid Metropoolregio Amsterdam voor de ontwikkeling van het beleid voor het spoor is lager (minder besteed, € 43.000, neutraal).
Er is minder besteed bij Elektrisch vervoer (minder besteed, € 334.000 neutraal):
De eind 2017 geplaatste palen, 70 stuks in totaal, worden in 2018 financieel afgewikkeld (minder besteed, € 245.000, neutraal);
11 laadpalen zijn niet geplaatst door Stedin, omdat de benodigde vergunningen nog niet zijn verleend (minder besteed, € 39.000, neutraal);
Overige oorzaken (minder besteed, € 50.000, neutraal).

Er is minder besteed aan studiekosten voor het PMI. Aan studiekosten Bereikbaarheid Bollenstreek Haarlemmermeer/voorheen Duinpolderweg is minder besteed doordat de Adviesgroep meer tijd nodig had voor haar advies, waardoor besluitvorming over het voorkeurstracé pas in december 2017 is genomen en de advieskosten voor het opstellen van het voorkeurstracé naar 2018 zijn verschoven (minder besteed, € 240.000, neutraal).
Nadere toelichting: nadat er in oktober 2016 een selectie heeft plaatsgevonden van een aantal te bestuderen alternatieven, waaronder een drietal nieuwe alternatieven van de adviesgroep zelf, moesten deze op hetzelfde schetsontwerpniveau gebracht worden als het overige reeds bestaande materiaal om een eerlijk vergelijk in de Planstudie (MER, EER, LER en MKBA) mogelijk te maken. Dit is in een uiterst zorgvuldig proces in nauwe samenspraak met de leden van de Adviesgroep gebeurd. De hierboven genoemde niet gemaakte kosten zijn als baten in 2017 reeds ontvangen en worden in 2018 als dekking ingezet (zie ook toelichting onder baten).
Overige (reguliere) studiekosten PMI. Dit wordt veroorzaakt door de langere doorlooptijden van studies die nodig zijn om tot overeenstemming te komen met de omgeving (minder besteed € 197.000, voordeel). Het betreft de volgende projecten:
Broek in Waterland (minder besteed, € 55.000, voordeel);
Smart Mobility (minder besteed, € 86.000, voordeel);
Bernhardbrug (minder besteed, € 42.000, voordeel);
Agriport (minder besteed, € 14.000, voordeel).

De uitgaven aan kleine wegenwerken kan per jaar fluctueren (minder besteed, € 72.000, voordeel).
In de begroting 2017 beschikbaar gestelde middelen in het kader van Smart Mobility (€ 1.545.000) en Overnachtingshavens (€ 300.000) zijn niet volledig besteed (minder besteed, reserve Infrastructuur, € 1.008.000, neutraal). Dit verschil wordt verklaard door:
Landelijke programma Beter Benutten, intelligente verkeerslichten (minder besteed, € 516.000, neutraal). De werkzaamheden voor dit onderdeel hebben meer voorbereidingstijd gevergd dan voorzien en worden in het eerste kwartaal van 2018 uitgevoerd, waardoor een bedrag van € 224.000 begin 2018 wordt gefactureerd aan de provincie Noord-Holland.
Praktijkcases Geïntegreerde Verkeerscentrales (minder besteed, € 192.000, neutraal). De uitvoering van de werkzaamheden voor de Praktijkcases Geïntegreerde Verkeerscentrales is in 2017 volledig gerealiseerd. De aanbesteding is lager uitgevallen.
Overnachtinghavens (minder besteed, € 300.000, neutraal). Bij het vinden van geschikte locaties voor een tweetal overnachtingshavens en de afstemming hiervan met de stakeholders in het gebied is de uitvoering van het project vertraagd. In 2018 zullen de ontwerpen worden afgerond en worden de overnachtingshavens aangelegd.
Er is per saldo € 98.000 minder besteed aan de intelligente kruispunten en de Geïntegreerde Verkeerscentrales uit het programma Beter Benutten. De voorbereiding en uitvoering van het programma Geïntegreerde Verkeerscentrales loopt via samenwerking met een 6-tal decentrale overheden, 13 private partijen en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Er is in 2017 grote voortgang bereikt, maar goedkeuring en verrekening van geleverde resultaten vergde meer onderlinge afstemming dan aanvankelijk kon worden voorzien. Voor een klein deel van de geleverde resultaten kon eind 2017 nog geen prestatieverklaring worden verstrekt. Verrekening en verantwoording vindt plaats in 2018 (minder besteed, € 98.000, neutraal).
Overige posten minder dan € 100.000 (minder besteed, reserve Infrastructuur, € 50.000, neutraal)

Overdrachten

Er is meer besteed aan Platform Bereikbaarheid Metropool A’dam (PBMA) – coördinatie op het spoor doordat geraamde directe lasten als overdrachten zijn verantwoord. (Meer besteed, € 35.000, neutraal)
Er is minder besteed aan Elektrisch vervoer omdat de begrote Europese subsidie niet in 2017 is ontvangen en doorbetaald kon worden aan de partners (minder besteed, € 111.000, neutraal).
Project Mobiliteitmanagement, onderdeel Spitsmijden (minder besteed, € 274.0000, neutraal). De bijdrage voor het spitsmijden had betrekking op de gunning A9 en A27. Vanwege het terugtrekken van de gunning A9 vallen de kosten momenteel lager uit.
Minder bestedingen door een lagere vaststelling van een subsidie in het kader van Fietsimpuls 2 en anderzijds meer bestedingen door een hogere subsidieverlening voor de snelfietsroute Haarlem-Amsterdam-West. Per saldo meer lasten (meer besteed uit reserve Fietsinfrastructuur, € 150.000, neutraal).
Bij het opstellen van de laatste begrotingswijziging bestond nog onvoldoende inzicht in de definitieve subsidiabele bestedingen van Brede Doeluitkering middelen door ontvangende gemeenten (op basis van hun SISA-bijlage). Hierdoor ontstaat een begrotingsverschil. Het begrotingsverschil binnen de BDU (Brede Doeluitkering) hangt samen met meer subsidievaststellingen voor kleine infrastructurele projecten in Haarlem-IJmond, Kop Noord-Holland en Noord-Kennemerland (meer besteed, € 3,1 miljoen, neutraal).
De subsidiebetalingen uit de Brede Doeluitkering voor Wayfinding in het kader van Beter Benutten zijn lager dan geraamd. Dit komt enerzijds door een lagere subsidievaststelling voor de gemeente Amsterdam en anderzijds doordat de subsidievaststelling voor station Hoofddorp in 2018 heeft plaatsgevonden. De onderliggende financiële stukken zijn pas later aangeleverd, waardoor de subsidievaststelling niet in 2017 plaats kon vinden (minder besteed, €166.000, neutraal).
Door lagere subsidievaststellingen voor Wayfinding in het kader van Beter Benutten zijn er middelen van de Vervoerregio Amsterdam teruggekomen (minder besteed, € 155.000, neutraal).
Er is minder uitgegeven aan subsidies Kleine Infrastructuur (minder besteed, € 658.000, neutraal). Dit komt doordat:
Minder subsidies zijn verstrekt door strengere subsidieregels;      
Alleen nog subsidies worden verstrekt gericht op verkeersveiligheid;   
Er vergunningen ingetrokken zijn door bezwaren van omwonenden;   
Gemeenten minder kiezen voor investeringen (waarvoor de subsidieregelingen zijn bedoeld) en meer voor onderhoud en bereikbaarheid

De vergoeding omrijkosten OV aan de concessiehouders in 2017 is ten laste van de reserve Infrastructuur gebracht (meer besteed, € 109.000, neutraal).

Overige posten minder dan € 100.000 (minder besteed, € 8.000, voordeel)
Afrondingsverschillen (minder besteed, € 48.000, neutraal)
Afrekeningsverschillen (minder besteed, € 214.000, voordeel). Zie toelichting in programma 8.

Baten

De baten voor het programma Elektrisch vervoer MRA zijn lager door lagere lasten (minder baten, € 445.000, neutraal).  Dit verschil wordt verklaard door:
Nog niet ontvangen Europese subsidie voor het programma Elektrisch vervoer (minder baten, €   111.000, neutraal);
Nog niet ontvangen bijdragen van de gemeenten voor de eind 2017 70 stuks geplaatste palen (minder baten, € 245.000, neutraal);
De nog niet geplaatste 11 laadpalen door Stedin omdat de benodigde vergunningen nog niet zijn verleend (minder baten, € 39.000, neutraal);
Overige oorzaken (minder baten, € 50.000, neutraal).

Voor de medefinanciering studiekosten voor Bereikbaarheid Bollenstreek Haarlemmermeer/voorheen Duinpolderweg is in 2017 € 450.000 van de provincie Zuid-Holland ontvangen. Doordat de kosten € 240.000 lager zijn, is er een lager bedrag als dekking ingezet dan ontvangen. Het restant van de ontvangen bijdrage wordt in 2018 ingezet (minder baten, € 240.000, neutraal).
De onttrekking aan de balanspost Brede Doel Uitkering is aangepast aan de bestedingen kleine infrastructuur en Wayfinding (meer baten; € 2,9 miljoen, neutraal).
Tegenover de lagere kosten voor Wayfinding in het kader van Beter Benutten door lagere subsidievaststellingen staan ook minder baten in dit jaar. De bedragen blijven wel beschikbaar voor volgende jaren (minder baten, € 155.000, neutraal).
In het kader van de uitvoering van de Green Deal Publiek Toegankelijke Laadinfrastructuur is een bedrag van € 300.000 beschikbaar gesteld uit het provinciefonds aan de provincie Noord-Holland. De € 300.000 is in 2017 als dekking voor het plaatsen van laadpalen ingezet, waardoor er minder eigen budget (MRA E-vervoer) als dekking is ingezet (minder baten, € 300.000, neutraal).

Stortingen reserves

De storting in de reserve Infrastructuur is hoger (meer gestort, € 2.470.000, neutraal). Uit het provinciefonds ontving de provincie een bijdrage van € 3.322.000 voor de uitvoering van het programma Beter Benutten in de verschillende regio’s. Deze middelen waren niet geraamd en worden gestort in de reserve Infrastructuur. Door de versnelde inzet van BDU-middelen als dekking van de uitgaven exploitatie Openbaar Vervoer bij de OD’s 2.3.1 en 2.3.2, is de storting in de reserve Infrastructuur van € 3.322.000 verlaagd met € 853.000 naar € 2.470.000.

Onttrekkingen reserves

Lagere onttrekking uit de reserve infrastructuur (minder onttrokken, € 2,0 miljoen, neutraal). Dit betreft de volgende projecten:
Programma Geïntegreerde Verkeerscentrales en intelligente kruispunten (minder onttrokken, € 98.000, neutraal);
Smart Mobility (i.c. landelijk programma Intelligente Verkeerslichten (minder onttrokken, € 516.000, neutraal);
Praktijkcases Geïntegreerde Verkeerscentrale (minder onttrokken, € 192.000, neutraal);
Overnachtingshavens (minder onttrokken, € 300.000, neutraal);
Mobiliteitsmanagement/Spitsmijden (minder onttrokken, € 274.000, neutraal);  
Subsidies Kleine Infrastructuur (minder onttrokken, € 658.000, neutraal);
Overige posten minder dan € 100.000 (minder onttrokken, € 74.000, neutraal).
Vergoeding omrijkosten OV aan de concessiehouders (meer onttrokken, € 108.000, neutraal).

Het saldo van bovenstaande projecten wordt verklaard bij de directe lasten en overdrachten.
Hogere onttrekking uit de reserve Fietsinfrastructuur (meer onttrokken, € 150.000, neutraal).  Zie verklaring bij de overdrachten.